Snorkelen is heel makkelijk en kun je bijna overal waar water is wel doen. In het zwembad, bij het strand als je op vakantie bent, misschien wel vlakbij waar je woont of in een meertje. Snorkelen is ook heel leuk. Samen met een vriendje of vriendinnetje laat je elkaar allemaal mooie planten en vissen zien.

In het zwembad oefen je hoe je moet snorkelen, als dat goed gaat kun je ook in het buitenwater snorkelen. Met een duikmasker en een snorkel kun je met je hoofd onder water en toch gewoon blijven ademen. Je hebt ook niet zoveel nodig; een zwembroek of badpak, duikmasker, snorkel en zwemvliezen zijn al genoeg. Snorkelen doe je nooit alleen en vraag altijd aan je vader of moeder of je mag snorkelen voordat je het water in gaat.



Gebarentaal!
Onderwater of met een snorkel in, kun je niet praten. Maar soms wil je toch iets vertellen. Daarom is er een soort gebarentaal ontwikkeld, zodat je niet steeds weer naar boven hoeft om iets te vertellen. Ook duikers gebruiken deze handsignalen. Je kunt dan met je vriendjes in Nederland en buitenland dezelfde taal onder water ‘spreken’.



Het bekendste teken is het OK-teken: je brengt de toppen van je duim en wijsvinger naar elkaar toe en maakt een O. Dit gebaar wordt gebruikt als vraag: ‘Gaat alles goed met je?’ en als antwoord wordt dan hetzelfde gebaar teruggegeven: ‘Ja hoor, met mij gaat alles goed’. Dus niet je duim opsteken, dat betekent namelijk dat je weer omhoog wilt.